Hendrik Andriessen - Miroir de Peine

Miroir de Peine is bij uitstek een werk waar Andriessens kenmerkende stijl met Franse invloed duidelijk hoorbaar is. Hij componeerde het werk in 1923 in de bezetting voor sopraansolo (Martha Bosch) en orgel (Wiecher Mandemaker). Later (1933) maakte hij de versie voor sopraan en strijkorkest.

De tekst van Miroir de Peine is het tweede deel van een driedelig dichtwerk met als titel

‘Le Miroir de Jésus – Mystères du Rosaire’
(De spiegel van Jezus – De Geheimen van de Rozenkrans),

geschreven door Henri Ghéon. Andriessens grote voorbeeld André Caplet (1878-1925) componeerde (ook in 1923!) de gehele tekst in het gelijknamige werk Le Miroir de Jésus – Mystères du Rosaire voor mezzosopraan, vrouwenkoor, strijkkwintet en harp. Tijdens een van de concerten rond het veertigjarig bestaan van de Laurenscantorij is dit werk hier in de Laurenskerk uitgevoerd.

De drie delen van de volledige tekst zijn:
• ‘Miroir de joie’, ​spiegel van vreugde, geboorte en leven van Jezus
• ‘Miroir de peine’, ​spiegel van smart, het lijden van Jezus
• ‘Miroir de gloire’​, spiegel van glorie,

Opstanding, Hemelvaart, Pinksteren​

Centraal in het werk staat niet, zoals de titel schijnt te suggereren, Jezus, maar Maria. Het gaat om het leven van Jezus, weerspiegeld in de ervaringen en emoties van de Moeder. Iedere spiegel heeft vijf onderdelen, corresponderend met de vijf Geheimen van de Rozenkrans.

Alle vijf gedichten van elk deel hebben de structuur van een sonnet: twee vierregelige strofen (kwatrijnen) en twee drieregelige (terzinen).

Johann Sebastian Bach - Kyrie ‘Christe du Lamm Gottes’ in F, BWV 233a

Deze compositie wordt verondersteld te zijn gecomponeerd in Mühlhausen of Weimar, 1707-1718. Het voegt het Duitse koraal " in, in motetstijl. Vierstemmig klinkt de Latijnse tekst van het "Kyrie", waardoorheen de sopraan het Duitse koraal ’Christe du Lamm Gottes’ zingt. 

Dit Kyrie breidde Bach dit uit naar zijn Mis in F, BWV 233. 

Toegang vrij, collecte na afloop.